Jordy Hilbink in actie tegen Michiel Kruijt

In een prima gevulde DEGIRO-hal en met partijen op hoog niveau was het goed toeven bij Duinwijck afgelopen zaterdag. Het einde was wat tumultueus, met dank aan de starre regelhandhaving van de LCW. Maar wat is badminton zonder een beetje rumoer op zijn tijd?

Coaches Stan Put en Herman Leidelmeijer stonden voor de taak om een opstelling te maken tegen DKC op volle sterkte, die tot minimaal vier punten zou moeten leiden. Geen eenvoudige operatie, want de Hagenezen zijn in onze ogen samen met Duinwijck de grootste titelpretendent, maar de heren pakten de scalpel en de latex handschoenen en gingen aan de gang. Er kon helaas niet beschikt worden over de geblesseerde Ties van der Lecq.

Een valse start voor de herendubbel Jordy Hilbink en Jorrit de Ruiter, die de eerste set met 3-21 verloren. Tegenstanders Robin Tabeling en Mark Caljouw zijn sterk, maar nou ook weer niet zóveel sterker. Dat besef daalde gelukkig in bij onze heren, die de tweede set naar zich toe trokken. In de derde waren de Hagenezen weer de baas. Intussen hadden de Duinwijckdames de dubbel in twee bevochten games binnen gesleept.

In de herensingles kwam Jerry Natenstedt zoals verwacht niet in de buurt van Nederlands kampioen Caljouw, maar Jordy is de laatste weken in vorm en versloeg nu Michiel Kruijt in twee games. Even schrikken was het voor het Duinwijckpubliek dat Akvile Stapusaityte begon met verlies in de eerste set. Dat zijn we nauwelijks nog gewend. Marlies Baan was verantwoordelijk voor deze gang van zaken, goed gedaan natuurlijk van haar. In het vervolg kon Akvile een tandje bij schakelen en was het met 21-12 en 21-13 ‘business as usual’. Debora Jille had ondertussen nauwelijks moeite met invalster Jessica Huster, zodat Duinwijck de benodigde 4 punten binnen had en ook op gamegemiddelde niks meer mis kon gaan. De finale was bereikt!

Nog te verspelen waren de gemengd dubbels en daar ontstond wat rumoer. Niet in de partij van Jorrit met Milou Lugters tegen Tabeling en Daisy Bommeleyn. Laatstgenoemden waren na een spannend begin in twee games te sterk voor het Duinwijckduo. In de laatste partij was Duinwijck door regelgeving en afgewezen dispensatieverzoeken gedwongen om de geblesseerde Jacco Arends op te stellen. Hierdoor kon de partij niet gespeeld worden. Hoe zit dat nu precies?

De afspraak voorafgaand aan het seizoen was dat Jacco in de kampioenspoule zo vaak als mogelijk mee zou spelen. Hij had in de eerste speelhelft al een wedstrijd tegen Velo meegespeeld; de openingswedstrijd in de nieuwe hal. Helaas voor Jacco raakte hij voor de start van die kampioenspoule geblesseerd en moest geopereerd worden aan de knie. Omdat een speler minimaal 2x in de reguliere competitie moet spelen om mee te mogen doen aan halve finale of finale om het landskampioenschap, maar dit niet mogelijk was wegens Jacco’s blessure, heeft Duinwijck dispensatie aangevraagd bij de LCW (het orgaan van de bond dat over de regels en de competitie gaat). De LCW zag in dat dit een onvoorziene omstandigheid was en heeft de dispensatie verleend. Hier tegen is een andere eredivisievereniging in beroep gegaan. Dat beroep is door de LCW gegrond verklaard, zodat de dispensatie weer is ingetrokken.

Voor beide uitkomsten is wat te zeggen. Jacco is al zijn hele leven Duinwijcker, is regelmatig bij de club, altijd betrokken en onafgebroken lid sinds 1997. Vanwege zijn surplus aan talent en het feit dat hij zich wilde ontwikkelen in het buitenland, heeft hij enkele jaren competitie in het buitenland gespeeld. De laatste jaren zien we hem weer wat vaker in het Duinwijckshirt, wat wij natuurlijk alleen maar toejuichen. Dat zo’n levenslang aan de club verbonden speler dispensatie krijgt bij een vervelende blessure lijkt terecht. Het gaat niet om een ingevlogen buitenlandse passant die het beslissende punt komt binnen slaan.
Aan de andere kant het argument van de andere vereniging: dan had Duinwijck hem maar eerder in moeten zetten om aan die twee wedstrijden te komen. Blessures zijn een risico dat je in moet calculeren. Ook wat voor te zeggen.

De uiteindelijk argumentatie om geen dispensatie te verlenen heeft ons erg verbaasd. De LCW gaf aan dat omdat de speler zich ingeschreven heeft voor het NK (2 en 3 feb) hij ook kon worden ingezet in de competitie in de weken ervoor. Dat leek ons een medische beslissing, niet eentje die de regelcommissie kan nemen. Inschrijven voor iets betekent immers nog geen deelname. En zelfs als hij volgende week fit is, waarom zou hij dat dan deze week ook al zijn?

Uiteindelijk heeft het erin geresulteerd dat het een te groot risico geacht werd om Jacco al een partij op hoog niveau te laten spelen en dat we ertoe genoodzaakt zijn onze Olympische sporter voor een stukje toneel vanuit Arnhem naar Haarlem hebben moeten halen. Buitengewoon vervelend voor speler in kwestie, dubbelpartner, tegenstanders, publiek en verder iedereen die erbij betrokken is. Wellicht iets om mee te nemen in de besluitvorming van de LCW bij een volgend geval. Regels zijn regels, maar discretionair uitzonderingen maken is een mooi instrument om af en toe de sport en de competitie te kunnen dienen.

De reactie van de tegenstander was er eentje uit teleurstelling, ook daar hebben we begrip voor. Duinwijck staat zeker niet voor dergelijke schertsvertoningen met de opstelling. Wat dat betreft hebben we dit jaar al weer genoeg rare dingen gezien met het omruilen van singles, opstellen van vijfde Divisie-spelers, coaches, het spelen van 1 punt en dan opgeven en zelfs het niet doorgaan van damesdubbels in een wedstrijd van een club met twintig actieve competitieteams. Vrijwel alle clubs hebben boter op hun hoofd als het over de opstellingen gaat. Het halen van 5 punten per wedstrijd is heilig verklaard, dat spelers en publiek hierbij genegeerd worden is niet goed en een mooi klusje voor BNL om te pakken. Sport moet strijd zijn en niet met een pen en een formulier in de hand gecalculeerd worden.

Maar waar hebben we het over? Duinwijck in de finale! Prachtig resultaat van een goede eerste helft en een top tweede helft van de competitie. Groot compliment aan spelers, coaches, begeleiding, publiek, club en iedereen die onderdeel is geweest van dit succes. We gaan ons opmaken voor het verdedigen van de titel in Den Bosch en wensen de twee halve finalisten veel succes in hun partijen. 9 Maart in de Maaspoort gaat Duinwijck op voor titel nummer 26. Go Duinwijck!